Menu

Verhaal van het pand

Periode Elisabeth Samson

Het huis aan de Wagenwegstraat 22 werd in opdracht van Elisabeth Samson gebouwd ongeveer in 1742. Het bestond eerst uit twee bouwlagen: de begane grond waar Elisabeth Samson leefde, en de zolder voor opslag.

 

Dit historische gebouw is een van de oudste in Suriname, samen met het Presidentieel Paleis, de huizen die in de periode 1740-1750 werden gebouwd aan de Henck Arronstraat (de vroegere Gravenstraat), en het pand tegenover het Presidentieel Paleis op de hoek van het Onafhankelijkheidsplein en de Tamarindelaan (circa 1730 gebouwd, en in periode 1783-1795 bewoond door Susanna du Plessis).

 

Het huis was eigendom van Elisabeth Samson. Zij woonde er met Otto Carl Creutz. Na de dood van Creutz in 1762 trouwde Elisabeth in 1767 met Herman Daniel Zobre. Zij woonde samen met hem in het pand tot haar dood in 1771.

 

Foto:

Pentekening, Thea Rubinstein, 1968. West- en zuidgevel.

 

Bewoners na Elisabeth Samson

Na de dood van Elisabeth Samson in april 1771 woonde haar weduwnaar Herman Daniel Zobre in het huis, tot zijn eigen overlijden in 1784. 

 

Het pand werd na Zobre’s overlijden uitgebreid met twee bouwlagen. Ook werd het oppervlak vergroot. Mogelijk werd het huis in zijn geheel opnieuw opgetrokken.

Volgens schrijfster Cynthia Mc Leod woonde na Zobre’s dood Philip Samuel Hanssen in het huis, samen met zijn familie. Hij was een achterneef van Elisabeth Samson, jurist in civiel en strafrecht (‘Doctor in de Beide Rechten’, Leiden), had een hoge juridische functie bij de Overheid (circa 1790 – circa 1810), en was ondermeer aangewezen voor het behandelen van nalatenschappen en boedelscheidingen in gevallen van mensen die waren  overleden zonder een testament achter te laten. Waarschijnlijk hebben zijn vrouw en/of kinderen daar na zijn overlijden nog gewoond. 

 

Volgens architect Philip Dikland bewoonde in de periode 1790-1815 een zekere Pieter Heydoorn het huis, en werd na het overlijden van Heydoorn het pand een boedel, in de periode 1815-1821. Heydoorn’s weduwe, Anna Ester Petronella van Halm, bleef in het huis wonen.

 
In het bovenlicht van de deuren van het Elisabeth Samsonhuis zijn de initialen ‘PSH’ van Philip Samuel Hanssen, of ‘PH’ 
van Pieter Heijdoorn verwerkt.

Gebruik door de overheid

Het Gouvernement kocht het huis in 1821, waarschijnlijk omdat andere panden waarin zij kantoren had ondergebracht in de grote stadsbrand van dat jaar waren vergaan. Het Elisabeth Samsonhuis bleef bij die brand gespaard.

 

Het Hof van Politie en Criminele Justitie werd erin ondergebracht van 1827 tot 1829. Het Gemeentebestuur was er gehuisvest van 1830 tot 1832. De dienst ‘Wees-, Curatele en Onbeheerde Boedelskamer’ werd op de begane grond gevestigd in 1837. Op de bovenverdiepingen waren het Stadhuis (het Roode Hof) met Raadszaal, en het bureau van de Burgemeester en Wethouder.

 

In 1883 werd het perceel opgedeeld, en een deel ervan verkocht. Daarop bouwde ds. Samuel Meijer Bromet van de Nieuwe Evangelisatie een kerk.

 

Omstreeks 1885 werd in het gebouw een Openbare jongensschool gevestigd, de Willemschool, en van 1911 tot 1917 de Van Sypensteynschool, de eerste openbare ULO-school (klassen 1-8).

 

Het pand overleefde ook de grote brand van 1915 in de Wagenwegstraat en Klipstenenstraat. De Burgerlijke Stand werd er gevestigd in 1917, compleet met Trouwzaal, alsook de Koninklijke Bibliotheek van ongeveer 1920 tot ongeveer 1956. Daana was het het Ministerie van  Sociale Zaken en Volksgezondheid, tot 1962.   

Foto:

Temminck Groll, 1962. Zuid- en oostgevel.



Vanaf 1963 was het gebouw het Ministerie van Sociale Zaken en Volksgezondheid, en van 1963 tot 1967 het Ministerie van Sociale Zaken en Volkshuisvesting. Daarna het Ministerie van Arbeid en Volkshuisvesting. Het Ministerie van Arbeid, Technologische Zaken en Milieu verliet, vanwege de slechte staat van het gebouw, in 2012 het pand. Het pand stond sedertdien leeg en raakte in verval.

Eigendom van de Stichting Elisabeth Samsonhuis

Het pand werd op 19 januari 2021 door de Staat Suriname verkocht aan de Stichting Elisabeth Samsonhuis. De Stichting kocht het pand van de Staat Suriname voor een bedrag gelijk aan de taxatiewaarde, SRD 4.265.960,75 (toen circa EURO 250.000), plus bijkomende overdrachtskosten. De notariële akte van levering krachtens koop werd ondertekend door de Minister van Grondbeleid en Bosbeheer, die de Staat vertegenwoordigde, en door de bestuursleden van de Stichting. Een donatie van de Nationale Postcode Loterij in Nederland maakte de koop mogelijk.

De Stichting nam in het kader van de aankoop van het gebouw ook verplichtingen op zich. Zo zal zij het gebouw op eigen kosten moeten restaureren en in goede staat houden. Ook zal zij een Elisabeth Samsonmuseum in het gebouw moeten onderbrengen. Deze verplichtingen zijn met de Staat Suriname overeengekomen en vastgelegd in een aparte overeenkomst tussen de Stichting en het Ministerie van Grondbeleid en Bosbeheer.

De Stichting Elisabeth Samsonhuis is doende het gebouw met financiële steun uit o.a. het buitenland te restaureren en in te richten, waardoor Suriname een grote en belangrijke toeristische attractie erbij zal hebben.

Door het gebouw in eigendom te hebben kan de stichting garanderen dat door gedegen onderhoud het gebouw in goede staat zal blijven, in het belang van Suriname en de Surinaamse Gemeenschap. Het gebouw staat op de monumentenlijst, maar bevindt zich net 150 meter buiten de Unesco Werelderfgoed-driehoek.

De Stichting Elisabeth Samsonhuis wil met het verwezenlijken van haar plannen het volgende bewerkstelligen:

  • dat dit historische pand, dat een van  Suriname’s oudste gebouwen is, in degelijke conditie wordt behouden;
  • dat de Surinaamse gemeenschap, vooral jeugdigen, kennis kunnen nemen van hun eigen geschiedenis en achtergrond;
  • dat een nieuwe fraaie en unieke plek beschikbaar komt voor culturele uitingen, waarvan de gemeenschap kan blijven genieten;
  • dat een nieuwe toeristische attractie van internationale allure beschikbaar komt, waarmee Suriname positief op de wereldkaart wordt gezet, iets waarmee elke Surinamer zich kan identificeren en waarop hij of zij trots kan zijn, en welke een belangrijke bijdrage kan leveren aan de bevordering van het toerisme, hetgeen de Surinaamse economie ten goede zal komen.


Foto:

Schilderij, W. Ons, 2019. Zuid- en oostgevel.